Éric Fourez

IN DE SPOREN VAN DE NOORDZEE... [CARTE BLANCHE VOOR CLAUDE LORENT]

Tentoonstelling

Het BPS22 voegt een nieuwe ten­toon­stellin­gen­reeks toe aan zijn pro­gram­matie, waarbij we externe curatoren carte blanche’ geven. De eerste genodigde: kun­st­criti­cus en curator Claude Lorent als curator van de eerste museum-ret­ro­spec­tieve van kunstenaar Éric Fourez. De Grande Halle toont een reeks schilder­i­jen die vijftig jaar aan creativiteit omvatten.

Voor deze eerste ten­toon­stelling in de Carte blanche”-reeks liet het BPS22 zijn oog vallen op kun­st­criti­cus en curator Claude Lorent (Charleroi, 1943). Deze koos ervoor om de schilder­i­jen tentoon te stellen die Éric Fourez (Doornik, 1946) tussen 1974 en nu produceerde.

Chargement en cours...

Vanaf de jaren 70 maakt de kunstenaar kleine sur­re­al­is­tis­che en literaire schilder­i­jen, waarvan er maar twee exemplaren bewaard zijn gebleven. In beide werken worden zijn invloeden zeer duidelijk, al nam de schilder hier snel afstand van door een andere kun­stricht­ing in te slaan, namelijk die van het hyper­re­al­isme op basis van de fotografiekun­st. Daarbij koos hij in zijn schilder­i­jen resoluut voor lichte en heldere monochroom blauwe tinten. Golven en beelden van de Noordzee vormen zijn favoriete onderwerp als uiting van het elders”, reizen, ontsnapping. Rots­for­maties van Ploumanac’h, snelwegen, luchthavens, strand­hut­ten, … en al snel de eerste voetsporen in het zand. In 1984 schakelt hij over op grijs, om vervolgens blekere tinten te hanteren en vanaf 1986 voor­namelijk met wit te werken. Terwijl sporen uitgroeien tot het hoof­don­der­w­erp, worden beelden allusies en verworden ze soms tot louter abstracte elementen.

Claude Lorent wijst op de bijzondere evolutie van de schilder: Sindsdien legt Éric Fourez zich onophoudelijk en vast­besloten en volgens een vast creatief proces toe op het schilderen van fascinerende zeegezicht­en, onregel­matige en uitgeholde stranden die hun vorm te danken hebben aan de natu­ur­fenome­nen van eb, vloed en terugslag van het water en aan de kracht of zachtheid van de golven die komen en gaan, zich terugtrekken en opnieuw terugkeren. Golven die op het zand rusten vooraleer met meer vast­ber­aden­heid en lev­endigheid dan ooit opnieuw toe te slaan.

Deze schilder­i­jen van de oneindige ruimte en witheid vormen een ode aan het leven en de natuur en zijn beelden van het lot, weergave van ijdelheid en land­schap­pen. Ze zijn een uiting van stilte, eenzaamheid, van het verstrijken van de tijd, van de breek­baarheid van wezens en voorwerpen, van de ver­ganke­lijkheid en van het gevecht tegen de onver­mi­jdelijke ver­wi­jder­ing, in afwachting van de verdwijning. Ze bestaan in alle maten en formaten, nodigen uit om te kijken en na te denken, om betoverd te worden, te mediteren, ons bewust te worden van onszelf, van onze aarde die we moeten respecteren, en van het onmetelijke universum.”

De ten­toon­stelling is de eerste grote ret­ro­spec­tieve van de kunstenaar in een museum. Ze verzamelt ruim vijftig schilder­i­jen op doek, gaande van mini­for­mat­en tot werken van 4,2 m op 2 m. Daarnaast toont ze ook ver­schil­lende documenten. Voor deze gelegenheid brengt Éric Fourez ook hulde aan bevriende kunstenaars, aan de hand van werken van Gabriel Belgeonne, Pierre Courtois, Gaston De Mey, Jephan de Villiers, Patricia Dopchie, Francis Dusépulchre, Jean-Michel François, Jack Keguenne, André Lambotte, Michel Mineur, Baudouin Oosterlynck en Guy Van­den­bran­den.

Éric Fourez

Éric Fourez (Doornik, 1946 – woonachtig en werkzaam in Doornik) is een auto­di­dac­tisch schilder en tegelijk muzikant. De beeldende kunst in zijn geboortes­tad is van zijn hand. In dat kader roept hij de Prix artistique de la Ville’ en het festival Art dans la ville’ in het leven, die hij beide ook organiseert.

Sinds zijn eerste ten­toon­stelling in de Cercle artistique van Doornik in 1974 werden zijn werken ten­toongesteld in instellin­gen zoals het Grand Palais in Parijs (1990), het Maison de la Culture van Namen (1995 en, solo, 2006), in het Ianchele­vi­ci-museum te La Louvière met Francis Dusépulchre en Panamarenko (1999), in het musée de l’Art wallon te Luik (2000), in het museum Félicien Rops te Namen (2006 solo), in de Stadt­Bib­lio­thek van Keulen en in het Institut für Romanistik in Aken (2007), in het musée d’Art moderne van Luik (Mamac, 2009, solo, en 2010), in het musée des Beaux-Arts van Doornik (2013), in het Centre culturel Arrêt 59 te Péruwelz (2015).

Solo, in België, in galerijen L’Estampe, Pim De Rudder, Aleph, Détour, MG Art en Faider en, in het buitenland, in galerijen Jos Art (Amsterdam, 2002 en 2007) en Eva Poll (Berlijn, 2007). Recent A Taste of Abstraction (1975-2000) in La Patinoire Royale / Galerie Valérie Bach te Brussel (2022), Abstraction in La Boverie te Luik, en binnenkort in het ECC te Brussel en in de Delta te Namen.

____
Grande Halle
Curator:
Claude Lorent
Scenograaf:
Françoise Van­den­berghe
Ten­toon­stelling van 01.06 tot 01.09.2024
Opening op 31.05.2024 vanaf 19:00